Artikel 5 lid 1 sub b AVG:
”Persoonsgegevens moeten voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden worden verzameld en mogen vervolgens niet verder op een met die doeleinden onverenigbare wijze worden verwerkt; de verdere verwerking met het oog op archivering in het algemeen belang, wetenschappelijk of historisch onderzoek of statistische doeleinden wordt overeenkomstig artikel 89, lid 1, niet als onverenigbaar met de oorspronkelijke doeleinden beschouwd („doelbinding”).”
De overwegingen bij de AVG geven aan dat persoonsgegevens toereikend en ter zake dienend te zijn en beperkt blijven tot wat noodzakelijk is voor de doeleinden waarvoor zij worden verwerkt (O 39 AVG). Wijzigt de doeleinden van de verwerking waarvoor de persoonsgegevens aanvankelijk zijn verzameld dan mag dat enkel worden toegestaan indien de verwerking verenigbaar is met de doeleinden waarvoor de persoonsgegevens aanvankelijk zijn verzameld (O 50 AVG) of een grondslag wordt verkregen (veelal toestemming).
Artikel 26 lid 1 AVG: “Wanneer twee of meer verwerkingsverantwoordelijken gezamenlijk de doeleinden en middelen van de verwerking bepalen, zijn zij gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken.”
In het register van de verwerkingsactiviteiten, artikel 30 Avg, neemt de verwerkingsverantwoordelijke per verwerking de verwerkingsdoeleinden op en zorgt voor een adequaat beheer.
Het kennen van de doelen van een verwerking van persoonsgegevens vormt één van pilaren voor het adequaat beschermen van persoonsgegevens.